Hoi Annemarie,
Kwam je gisteren ook zo blij en vol van verrukkelijke adrenaline thuis? Ik bedacht opnieuw hoe bijzonder het is dat we elkaar hebben ontmoet. Uitgenodigd door de uitgever voor een evenement van Heel Nederland Leest, en georganiseerd door Elly dat we elkaars reismaatje werden. Het klikte direct. ‘Dat wist ik wel’ zei Elly later. ‘Die twee moet ik samenbrengen,’ zei ze ook nog. Wij lachen, maar ze had gelijk. Voor de middag voorbij was veronderstelde iemand: ‘Jullie kennen elkaar duidelijk al een tijdje.’ Niet dus.
Ik had eerder een beetje spijt dat ik die dag had toegezegd, omdat ik de dag erna op vakantie zou gaan, maar wat werd het een topdag! Hoe leuk die verder ook was, jij had er een heel groot aandeel in. Gewoon, logisch eigenlijk dat we een afspraak maakten om te gaan samenwerken. En, gisteren, bij Van der Valk in de loungehoek met koffie en thee was het een feestje om dat te bespreken. Jaja! We gaan elkaar schrijven en anderen mogen delen in onze ontmoeting. Wij, twee vrouwen die elkaar nauwelijks kennen.
Jan Bor, een filosoof, schreef dat een ontmoeting tussen mensen op het eerste gezicht de gewoonste zaak ter wereld is, maar bij nadere beschouwing het meest bijzondere. Namelijk het wonder van de ontmoeting van hart tot hart. En verder ‘Dat is noch een kwestie van louter samenvallen met de ander noch een kwestie van de ander als vreemd en ondoordringbaar gegeven buiten jezelf plaatsen. Filosofisch gezien voert een ontmoeting tot een denken dat identiteit en verschillen voorbij gaat.’
Ik vind dat wel een aardige omschrijving. Het geeft tevens lucht omdat het immers betekent dat het niet erg is dat ik soms wat lummelig, chaotisch en ongeorganiseerd kan overkomen. Gisteren liet ik een typisch voorbeeld zien toen ik bij vertrek bij van der Valk mijn uitrij kaart kwijt was. Moest er een vervangend exemplaar geregeld worden. De oude bleek nog op de bijrijderstoel te liggen. Weet je Annemarie, wat ik niet durfde te zeggen? Schaam! Schaam! Ik stel me graag geëmancipeerd op en ben dat beslist, maar…ik heb nog nooit getankt. Gisteren, op de heenweg piepte het lampje, waardoor ik met de zenuwen in mijn maag de terugweg binnendoor heb gereden. Opgelucht dat ik thuis kwam! Stom hè! Ik kon natuurlijk niet mijn man op z’n lazer geven. Annemarie, een ontmoeting met mij, besef je waar je aan begonnen bent?!