Drie weken ben ik nu over tijd. Dat zie ik in de agenda, en ook mijn goudeerlijke spiegel spreekt zwijgend. De grimas die ik probeer maakt het alleen maar triester. Ik zucht diep en probeer tevergeefs te verhullen wat steeds slechter te verbergen is.
Onder de douche gebruik ik nog meer shampoo en conditioner dan anders voor extra volume. Vervolgens is het tegenwoordig flink föhnen en ben ik een grootverbruiker van mousse extra strong. En tenslotte moet het haar nog luchtig doorgeborsteld worden. Tijdrovend, ik zet de wekker vroeger als ik tijdig de deur uit moet, en met een steeds minder acceptabel resultaat.
‘Natuurlijk vallend’ haar komt in mijn geval neer op een treurig verschijnsel. Toch weet ik er al decennialang aan te ontsnappen dankzij vakkundig crisismanagement van mijn kapster.
Maar dit zijn andere tijden. Door de kapperssluitingen moeten we op zoek naar krachten en creativiteit in onszelf om een hoofdzaak als deze te degraderen tot bijzaak. Want dat ik met mijn plukje dun en fijn haar tot de kwetsbare doelgroep binnen de clientèle behoor, mag duidelijk zijn. Ik dwing mijzelf om niet binnen te blijven kniezen, maar juist naar buiten te gaan. Daar toon ik anderen met mijn te lange slierten dat het altijd erger kan, waarmee ik ze een hart onder de riem hoop te steken. Moed, dat is wat deze tijd van ons vraagt. Want: ‘Als je haar maar goed zit’ blijkt een keiharde waarheid.
Waarom niet nog meer terugvallen op pure nostalgie? Na alle vintage meubels en kleding lijkt de terugkeer van de pruikenhype uit de jaren zestig en zeventig het meest logische vervolg. Het biedt uitkomst in deze misère en niet te onderschatten nieuwe levensvreugd. Ik ben ervaringsdeskundig. Trendwatchers, help! Maak alsjeblieft een spoedje van deze nieuwe modetrend.